De schoolverpleegster...
Het was een normale controle geweest. Ieder jaar kwam de schoolverpleegster langs om alle kinderen uit de school te onderzoeken. Ze vond het niet erg want aan het eind mocht je altijd iets uitzoeken. Een klein cadeautje, of een grote kauwgombal. De schoolverpleegster vroeg of ze al ongesteld was. Ze knikte. Ze was een van de eersten van haar klas geweest. De eerste keer was ze erg geschrokken. Niemand had haar verteld dat ze dat kon verwachten. Ze dacht dat ze ziek was, heel erg ziek, en dat ze langzaam dood zou bloeden. Huilend was ze naar haar tante gegaan. Nana,zoals ze haar tante noemde, had haar nog kleine kinderlijfje vastgepakt en zachtjes heen en weer gewiegd. ‘Nu ben je een vrouw’ had Nana gefluisterd. Het gaf haar een beetje een verward gevoel, ze had eigenlijk niet goed geweten wat Nana ermee bedoelde maar het klonk belangrijk. Na die eerste keer was het iets wat steeds terug kwam, niet prettig maar blijkbaar normaal. De verpleegster vroeg wanneer het de laatste keer geweest was dat ze ongesteld was. Nu ze erover nadacht besefte ze dat het al een tijdje geleden was. Toen ze dat tegen de verpleegster zei moest ze in een potje plassen. De verpleegster dipte er een wit staafje in en liet het een paar minuten later aan haar zien. Een klein rood streepje was fel afgetekend op het wit. Een dun streepje, maar voor de verpleegster leek het een startsein te zijn om te beginnen met schreeuwen en schelden. Ze had haar benen bij elkaar moeten houden. Als ze weer bij haar zou komen zou ze haar knieĆ«n bij elkaar binden tot ze oud genoeg was. Ze had geschreeuwd dat ze genoeg meisjes zoals haar had gezien. Dat ze er genoeg van had. Dat het bergafwaarts ging met de samenleving. En toen was ze de deur uitgelopen.
Ze bleef in het hokje van de schoolverpleegster wachten. Ze wist niet goed wat ze moest doen en ze was bang dat de verpleegster weer zou schreeuwen als ze zomaar weg zou lopen. Ze zag de doos met cadeautjes en kauwgomballen staan. Misschien mocht ze al iets pakken, ze vroeg zich af of ze vast kon gaan kijken om het mooiste cadeautje uit te zoeken maar besloot dat het beter was om gewoon te blijven zitten. Een uur later kwam Nana binnen. Zwijgend, maar met rode ogen. Nana had haar met harde hand van de stoel getrokken en meegesleurd. Ze had nog net haar schooltas kunnen pakken. Nana zei dat ze die net zo goed kon laten liggen. ‘Die heb je voorlopig toch niet nodig.’ Ze had niet geweten waarom Nana dat zei. Ze gingen naar huis. Nana liep met grote stappen en ze kon haar alleen met grote moeite bijhouden. Thuis moest ze in de kamer blijven zitten, terwijl Nana iemand belde. Ze moest haast bedelen om naar het toilet te mogen. Nana wilde haar geen moment uit het oog verliezen en leek bang te zijn dat ze iets zou doen.
Toen de priester binnen kwam werd ze bang. De priester kwam nooit zomaar langs. Hij had het altijd druk want de parochie was groot en de mensen woonden ver bij elkaar vandaan. Hij begroette Nana en knikte naar haar. Ze voelde haar maag ineen krimpen, het was geen vriendelijke knik, ze had het gevoel dat ze iets verkeerd gedaan had.’ Dank u dat u zo snel kon komen,’ zei Nana,’ We hebben uw hulp nodig want het kind is zwanger.’ Het was alsof iemand haar een schop in haar maag gaf. De wereld begon te draaien en het voelde alsof ze moest overgeven. Opeens besefte ze waar de verpleegster over gepraat had. Ze was nu een van hen, een van die meisjes waar je op neer keek. Een van de meisjes die zwanger was. Ze had het kunnen weten, geen ongesteldheid, een langzaam dikker wordende buik, en alles wat ze gedaan had met haar vriend. Ze had het kunnen weten. Maar ze had gewoon niet gedacht dat het bij haar ook zou gebeuren. Ze was nog zo jong. Dat betekende het dus, dat ze een vrouw was. Daar had Nana het over gehad. Ze had het tegen haar gezegd om haar te waarschuwen…